19 mei, 2008

wachten, lijdzaam wachten

Op Aruba moet je geen haast hebben. Je moet er voor elke dienstverlening wachten; soms heel lang. Bij de bank, bij de belastingdienst, bij de burgerlijke stand, het postkantoor, de nationale ziekteverzekering (AZV), de gezondheidszorg, de immigratiedienst, de begrafenisondernemer, de kerk, en wat je verder voor dienstverleners kan bedenken. Je moet gewoon wachten; lijdzaam wachten. We zijn nu eenmaal niet zo productief en effici-ent ingesteld. Als de dienstverlener achter de balie een familielid of een bekende van de cli-ent is, dan moet het wel en wee van familie en bekenden over en weer en uitgebreid besproken worden, en de rij erachter moet dan maar even wachten. De rij wacht tenslotte ook wel voor uitgebreide plas- en koffiepauzes van de dienstverlener. En als je denkt de dienst dan maar per internet, e-mail of slakkepost effici-enter te kunnen (doen) verrichten word je meewarig, of zelfs verwijtend aangekeken. Zelfstandig (af)handelen? Dat kan toch niet? Dat is niet goed voor het welzijn van de dienstverlener toch?
Nee, misschien niet. Maar wachten is ook niet zo goed voor onze economie. Ik geef u een voorbeeld. Als nu elke dag werkdag (245 dagen per jaar) twee procent van onze beroepsbevolking (twee procent van de beroepsbevolking van ca. 50000 mensen = 1000 mensen) ergens twee uur moet wachten, en als we de gemiddelde totale loonkosten stellen op AWG 25,- per uur, dan kost het loutere wachten ons per jaar een totaal bedrag van 2000 x 245 x 25 = AWG 12.250.000,- ofwel ruim 12 miljoen florin. Dat lijkt me toch een bedrag dat de moeite waard is om effici-enter werken te entameren. Daar zou je elk jaar een nieuwe school van kunnen bouwen bijvoorbeeld; iets waaraan een veel grotere behoefte bestaat dan aan wachten.